Kijk terug: The Crazy Project, een ode aan klassieke muziek
- Klassiek
- Kijk terug: The Crazy Project, een ode aan klassieke muziek
"It's a crazy project!", riep de New Yorkse dirigente Karina Canellakis na het horen van de plannen voor een nieuw soort AVROTROS Zomeravondconcert. En misschien is dat het ook wel. Maar bovenal is het project een bijzondere ode aan klassieke muziek, klassieke musici en iedereen die in tijden van corona het podium en het publiek mist.
Wat houdt het concert in? De ode neemt de vorm aan van een videoclip, waarin de emotie van de muziek centraal staat en je de musici en dirigent ziet op een manier zoals je ze nooit eerder zag. Op de huid, soms zelfs onder de huid, intiem en dichtbij - alsof je ernaast staat en ze kunt aanraken. De muziek, Shaker Loops van John Adams en Bartóks Blauwbaards Burcht, is minder onconventioneel, maar alles eromheen des te meer: de opstelling, de beeldvoering, de belichting en de sfeer in de Grote Zaal van TivoliVredenburg. Er staat iets heel spannends te gebeuren.
Kijk het concert terug
Video niet beschikbaar
Net even wat anders
Voor het project nodigde AVROTROS een groep bijzondere en getalenteerde makers uit: chef-dirigent Karina Canellakis, musici van het Radio Filharmonisch Orkest en bekende beeld- en geluidsregisseurs. Aan de regisseurs de taak om de musici net even wat anders te laten spelen, zitten, filmen en uit te lichten. De proloog wordt verzorgd door presentator Ab Nieuwdorp.
Shaker Loops en Blauwbaards Burcht
Shaker Loops van de Amerikaanse componist Johan Adams werd oorspronkelijk geschreven voor vijf strijkers, en in 1983 volgde er een versie voor strijkorkest. Het woord 'shaker' in de titel verwijst naar het 'shaken' van de snaren van de instrumenten, het trillen tussen de noten door, maar ook naar Adams' idee van dansende Shakers (een Bijbelse sekte uit de 18e eeuw) op energieke en herhalende muziek. Het Radio Filharmonisch Orkest levert voor dit stuk 18 violisten, vijf altviolisten, vier cellisten en drie contrabassisten.
Blauwbaards Burcht van Béla Bartók is een opera in één akte, en wordt gespeeld in een bewerking van Eberhard Kloke. Naast strijkers, blazers en pianisten uit het orkest, zijn mezzosopraan Rinat Shaham en bas Gabor Bretz te horen. Het verhaal van de opera is gebaseerd op het volksverhaal van Blauwbaard, een sprookje opgetekend door Charles Perrault. Het sprookje krijgt in de opera een extra dimensie, letterlijk en figuurlijk: een psychologische dimensie door de onrust, het gevaar en de schrikeffecten, en een 3d-dimensie door het decor met zeven gesloten deuren, waarvan er steeds eentje opengaat.