Ecologische muziek
- Klassiek
- Ecologische muziek
De natuur vormt een inspiratiebron voor vele klassieke componisten. Denk aan de wilde zomerbui in de Vier jaargetijden van Vivaldi of de vogellokroepen in de Zesde symfonie van Beethoven, de Pastorale. De Franse componist Oliver Messiaen opende ook zijn oren voor de omgeving en componeerde Catalogue d’Oiseaux, waarin hij met de piano heel precies het gezang van vogels nabootst.
Sommige componisten gaan verder dan dat. Zij laten de originele natuurgeluiden letterlijk terugkomen in hun werk: akoestische ecologie heet dat. Met de technologie van opnames is er een wereld aan nieuwe omgevingsgeluiden toegankelijk geworden voor de concertzaal. De ecologische omgeving als muziek dus. Hoe gaan deze moderne componisten te werk en hoe komt klimaatverandering terug in hun stukken?
De Finse componist Einojuhani Rautavaara (1928-2016) heeft altijd dicht bij de natuur gestaan, dat is Scandinaviërs niet vreemd. Zijn meesterwerk Cantus Articus uit 1972 combineert een orkest met een rijke wereld aan vogelmelodieën die hij op tape heeft opgenomen, vlak bij de Arctische cirkel. Een leefwereld die vandaag de dag behoorlijk onder druk staat door klimaatverandering. Bij Rautavaara zijn de geluidsopnames een onderdeel van zijn muziek, en dat levert een overtuigend en toegankelijk tijdsdocument op.
Om deze inhoud te tonen moet je toestemming geven voor social media cookies.
Francisco López (1964) pakt het wat extremer aan, en gebruikt niet eens het orkest. López is van huis uit ecoloog: voor zijn werk duikt hij in de bedreigde oerwouden van Costa Rica om de geluiden vast te leggen en te onderzoeken. Stortregen, onweer, beesten die bij de microfoon komen snuffelen, vogels die met luid kabaal wegvliegen, of die juist vrolijk tjirpen. López behandelt het echt als muziek: hij knipt en plakt en monteert. Uiteindelijk is een heel verhaal te horen. De fantasie wordt flink geprikkeld in zijn werk La Selva.
Om deze inhoud te tonen moet je toestemming geven voor social media cookies.
Als we een stap verder nemen, komen we bij een pionier in de wereld van zogenaamde soundscapes, het bouwen van klankwerelden. Hildegard Westerkamp (1946) doet kritisch onderzoek naar de invloed van de mens op de natuur, hoe wij die verstoren en wij die verstoringen ervaren. Ze zegt iets met haar werken: met de natuurgeluiden maakt Westerkamp een statement. In Kits Beach Soundwalk vertelt ze letterlijk waar het om gaat.
Om deze inhoud te tonen moet je toestemming geven voor social media cookies.
Tot zover het ‘vastleggen’ en ‘gebruiken’ van natuurgeluiden. John Luther Adams (1953) kiest een ander pad. Die omgevingen, onze ecologie, die veranderen waar wij bij staan. Daar gaat zijn stuk over met de veelzeggende titel Become Ocean. Zeespiegelstijging als hét onderwerp van muziek. En dat weet Adams treffend (en heel mooi) te verklanken.
Om deze inhoud te tonen moet je toestemming geven voor social media cookies.
De grote vraag van klimaatverandering en milieu speelt niet alleen een rol in de akoestische ecologie. Een aantal componisten gebruiken andere soorten muziek om de luisteraar te overtuigen. Recent nog deed Tim Kliphuis (1974) een oproep met zijn nieuwe tripelconcert Phoenix Reborn in de NTR Zaterdagmatinee. Uit de coronacrisis moet een nieuwe, milieuvriendelijke wereld verrijzen volgens hem. Zijn minimalistische stijl zet hij in om een gevoel teweeg te brengen: inspiratie om daadwerkelijk de wereld te veranderen.
In het Holland Festival van dit jaar klonk de opera Ina Aya. De jonge componist Nursalim Yadi Anugerah komt uit Indonesië en is gefascineerd met de plaatselijke muziek uit Kalimantan, een stam op Borneo. Hij hoort de oude tradities terug in de muziek en die wil hij in leven houden. Tradities die bedreigd worden door de verstoring van de natuurlijke cycli, ontbossing en de drang naar economische groei in de regio. Precies het onderwerp van de opera, daarover valt meer te lezen in dit artikel van de NRC.