Het effect van muziek op het kinderbrein

Op 18 juni 2024 verdedigde Lina van Drunen met haar proefschrift Rhythms of resilience: Individual differences in genetic and environmental effects on brain development.

Lina onderzocht de invloed die de omgeving heeft op de hersengroei van kinderen en jonge tieners. Ze concludeerde dat de hersenen van kinderen in een ontspannen en stimulerende omgeving trager groeien dan gemiddeld. Een tragere ontwikkeling betekent waarschijnlijk dat de hersenen langer plastischer blijven: ze staan meer open voor nieuwe impulsen en kunnen daardoor meer leren. Bij moeilijke omstandigheden en stress ontwikkelen de hersenen zich juist sneller. Hierdoor specialiseren ze zich sneller, maar zijn ze minder flexibel.

Het onderzoek

Bij het onderzoek werden van vijfhonderd tweelingen drie MRI-scans gemaakt. Aan de hand van muzikale oefeningen en interviews met de kinderen werd de mate waarin zij muziek beoefenen bepaald. Kinderen die muziek maken waren goed in de muzikaliteitsoefeningen. Bovendien hadden ze een tragere hersenontwikkeling dan kinderen die niet muzikaal actief waren. Dat een muzikale omgeving verrijkend is voor de hersenontwikkeling, strookt met eerder onderzoek. Daaruit blijkt dat muziek spelen stress verlaagt, zorgt voor een betere emotieregulatie en goed is voor de sociale interactie omdat je met anderen speelt.

Coronapandemie

Tijdens haar onderzoek begon in 2020 de coronapandemie. Dit bood een unieke kans: 'Nu konden we meten welke invloed deze benadeelde omgeving had op de hersenontwikkeling. We hadden immers al data van een groep jongeren die de pandemie niet had meegemaakt; nu vergeleken we die gegevens met die van de tieners midden in de pandemie.' Uit MRI-scans van 'corona-kinderen' blijkt dat in moeilijke omstandigheden het brein zich juist sneller dan gemiddeld vormt.