Op bezoek bij de tromboneklas van het Koninklijk Conservatorium Den Haag

Groepsles

"De juiste noten alsjeblieft", vraagt Kemner. In het Engels, want de meeste studenten zijn internationaal: slechts drie van de dertien komen uit Nederland. “Zonder harder te gaan, echt even 'tata'", coacht Kemner. De sfeer is gefocust en de toon serieus.

Opvallend is dat de trombonestudenten maar liefst vier groepslessen per week krijgen - meer dan andere instrumentgroepen. Volgens Kemner is dat geen toeval: “Zodra je professioneel werkt als trombonist, speel je bijna altijd samen. In orkesten, ensembles... Je moet leren luisteren, intoneren en het mengen van kleuren. Dat kun je niet in je eentje op je kamer oefenen.”

Studenten aan het woord

Wat maakt trombone zo bijzonder? "Alles is mooi", zegt een van de studenten. "Je kunt elke stijl spelen. Je kunt fluisterzacht zijn, maar ook keihard."

Student Thomas Monden noemt het "een prachtig idee: met z’n allen goede stukken spelen". En hoewel het vaak luid klinkt, is het juist verfijnd samenspel dat hij het meest waardeert. "Leren 'blenden', samenklank zoeken. Dat is precies wat je in een symfonieorkest nodig hebt."

Ook Luca Bolwerk voelt zich goed voorbereid: "Er wordt veel aangeboden: auditietraining, samenspel en lessen in orkestspel. Binnen het professionele veld krijg je ook wel kansen om te remplaceren in een professioneel orkest en daar leer je natuurlijk ook superveel."

Talentenfabrieken

Podium viert zijn 20-jarig jubileum met een rondgang langs Nederlandse conservatoria. Verslaggever Hans Noortman ging langs bij het Koninklijk Conservatorium in Den Haag. Daar trof hij deze tromboneklas van Sebastiaan Kemner en een koor waar álle eerstejaars in zingen. Beluister de reportages hieronder.