Het verhaal achter Danse macabre van Saint-Saëns
- Klassiek
- Het verhaal achter Danse macabre van Saint-Saëns
Je kent deze muziek misschien wel van het Spookslot in de Efteling: Danse macabre van Camille Saint-Saëns. De soloviool en het orkest brengen een spookachtige wereld tot leven. Maar hoe doet Saint-Saëns dat precies? En waar gaat het stuk over?
Om deze inhoud te tonen moet je toestemming geven voor social media cookies.
Een duivelse viool
Het stuk begint met een harp die twaalf keer dezelfde noot speelt: de klok slaat middernacht. Naast de kerk ligt een kerkhof. Een ogenschijnlijk normaal nachttafereel, zou je zeggen. Maar plotseling doet de soloviool zijn intrede; de dood is tevoorschijn gekomen. En Saint-Saëns maakt dat moment huiveringwekkend: de viool speelt een samenklank die in de middeleeuwen de 'duivel in de muziek' (diabolus in musica of tritonus) werd genoemd. Als je hoort hoe schel en schurend deze twee tonen klinken, kun je je deze benaming wel voorstellen. Speciaal voor deze duivelse klank moet de hoogste snaar van de viool naar een andere toon worden omgestemd, namelijk van een e naar een es.
Rammelende botten en een kraaiende haan
Op zijn vedel speelt de dood een dreigende walsmelodie. De doden komen hun graven uit en beginnen te dansen. Met een xylofoon verklankt Saint-Saëns de rammelende botten van de dansende skeletten. De wals wordt wilder en wilder, totdat plotseling de haan kraait en een donder klinkt. De hobo imiteert de haan en de pauken en strijkers de donder. Het tot leven gebrachte kerkhof komt weer tot rust.
Middeleeuwse oorsprong
Saint-Saëns heeft eigenlijk eerst een andere versie van Danse macabre gecomponeerd, niet voor viool en orkest, maar voor zang en piano. De tekst is een gedicht van Henri Cazalis, waarin de bovenstaande macabere scène wordt beschreven. Overigens heeft Cazalis dit weer van middeleeuwse afbeeldingen. Op allerlei schilderijen, fresco's en boekprenten uit die tijd is de dood afgebeeld met dansende skeletten uit allerlei rangen en standen. De boodschap: in de dans van de dood is iedereen gelijk.