Suite voor orkest nr.1, op.46, "Peer Gynt" - compleet

Antonin Dvořák schreef zijn Te Deum voor de vierhonderdjarige viering van de ontdekking van Amerika. Waar hij op het moment van componeren trouwens nog nooit was geweest. Wél had hij Indiaanse folkloristische muziek gehoord. Die klinkt door in het Te Deum, dat wordt gekleurd door een ‘Amerikaans’ optimistische stemming. De feestelijke cantate wordt uitgevoerd door het Groot Omroepkoor (foto) en het Radio Filharmonisch Orkest, geleid door Dvořáks landgenoot Tomáš Netopil.

Het Groot Omroepkoor zingt daarnaast een werk van de Letse componist Vasks. Zijn The Fruit of Silence is gebaseerd op een tekst van Moeder Teresa. Geloof, liefde en inkeer staan centraal. Een passend vervolg op het werk waarmee dit Zondagochtend Concert opent. Dvořáks De woudduif, gespeeld door het Radio Filharmonisch Orkest, is een vertelling over goed en kwaad. Als een vrouw haar man vergiftigt, neemt op zijn graf een houtduif plaats. Het rouwlied van de vogel drijft haar tot nóg een onomkeerbare beslissing. De houtduif is een wondertje van instrumentatie. Van de valse tranen van de moordenares tot de duif, alles zie je voor je.

(Bron: Concertgebouw.nl)